Ik zou nooit zo worden als mijn ouders. Of zoals de vrienden van mijn ouders, of mijn ooms en tantes of welke volwassene dan ook. Ik was een jaar of 18 en vond al die mensen saai en burgerlijk.
Ze gingen naar hun werk. Door de week keken ze televisie en gingen ze misschien nog eens een avondje sporten of naar een muziekvereniging ofzo. Op zaterdagavond gingen ze bij elkaar op visite. Waarom gingen ze niet meer stappen of vaker uit eten of naar de film of wat dan ook?
Zo saai zou ik echt niet worden.
Nu ben ik 32, woon op mezelf met een man, geen kinderen. Ik ga door de week vaker de deur uit dan mijn ouders deden, maar ik heb dan ook geen kinderen om rekening mee te houden. Die man is om 22.00 nog wel wakker, wil je tijd doorbrengen met je kinderen zal je dat toch eerder op de avond moeten doen.
Tja en verder, ik ga naar mijn werk, kijk wat tv, knutsel en sport eens een avondje. Dat saaie leven heb ik behoorlijk over genomen.
Alleen is het lang zo saai niet als ik dacht. Ik hou van huiselijkheid. Vind het gezellig als vrienden op visite komen en blijven eten.
Ik heb me vermaakt met het maken van een bloemstukje. En elke keer als ik er naar kijk voel ik me blij worden. Ik vind het roze, wit met een beetje geel ook zo vrolijk staan.
Ik vind het saaie burgerlijke leven prima. Een etentje bij vrienden, gepraat over films en muziek. Lekker eten, geurende bloemen, leuke gesprekken.
Ze hebben me enthousiast gemaakt voor een tentoonstelling. Moet nog wel een datum prikken om er naar toe te gaan, maar ik heb er zin in.
Ook al zie ik veel overeenkomsten tussen het leven van mijn ouders en dat van mij, ik heb nog steeds het idee dat hun leven saai was.
Waarschijnlijk komt dat doordat hun interesses anders waren dan de mijne. Ik ben benieuwd hoe ik daar over 10 jaar tegenaan kijk. Ik vermoed dat ik nog meer overeenkomsten ga zien en me daar heel tevreden bij ga voelen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten